Ik besloot dat het weer tijd was voor een rolpaal in mijn leven. Die bij Leenstertillen had ik al op Maps gemarkeerd. ’s Ochtends keek ik op de kaart en maakte mijn plan. Ik nam bus 65 richting Zoutkamp en stapte uit bij Leens Welgelegen. De wandelroutes langs de maren met trekpaden op de wal zijn altijd prachtig. Vroeger stonden er veel rolpalen in de bochten, waar de scheepsjager het schip omheen kon rollen. Pramen vol bietn werden naar de stad gevaren.
Ik wandelde over meerdere tillen, zoals de Schaiftil en Douwenstertil. Deze vaste brugjes van baksteen en staal hebben altijd een nostalgische charme. Het landschap daar bestaat uit akkers en broedgebieden. Vandaag werd er toevallig geoogst; overal zag en hoorde ik de combines.
Na de rolpaalshoot wandelde ik via de Rietemastraat Leens binnen. Mijn moeder was een Rietema, en in mijn stamboom staan geboorten en overlijdens uit deze streek. Toen ik dat ter sprake bracht in een praatje met de dorpelingen, gingen er deuren voor mij open. Ik werd uitgenodigd om binnen te kijken in oude huizen met bedsteden. Iedereen was ontzettend hartelijk.
Ik zag ook een oude Pipowagen, die volgens mij echt was. Het leuke was dat hij in een weitje stond, wat het een authentieke uitstraling gaf. In mijn kindertijd zag ik vaak woonwagens in de weilanden staan als we met de Opel Kadet naar opa en oma reden. De mensen die daar woonden, deden niet aan tuinieren; ze reisden rond.
Ik had brood en thee meegenomen. In Leens ontdekte ik een geweldige cafetaria, waar ik de dag afsloot. Ik genoot van heerlijke patat en frikandel mayo, samen met een cola. Daarna nam ik de bus terug naar de stad.

Pagina’s